In 1922 ontwikkelde Glasfabriek Leerdam een nieuw materiaal: Graniver. Dit materiaal werd in eerste instantie gebruikt voor bouwdoeleinden maar men zag ook mogelijke toepassingen bij de productie van serviesgoed. Uiteindelijk bleek het vooral bruikbaar bij bloempotten, die A.D. Copier (1901-1991) in 1928 en 1929 ontwierp. Het bleek een schot in de roos; het materiaal was goedkoop, sterk en gemakkelijk te verwerken en te kleuren. Deze revolutionaire ontwerpen werden op de markt gebracht met allerlei foldermateriaal, in een modernistische vormgeving.
"Menigeen ontziet zich om bloemen en planten in zit- of woonvertrek te kweeken, daar de hiervoor benoodigde potten er meestentijds zoo onooglijk uitzien. Het gebruik van cachepots ondervangt dit bezwaar uiteraard onvoldoende en brengt behalve aesthetische, ook verschillende practische bezwaren met zich. Wij vervaardigden derhalve een reeks potten en schalen, geschikt voor groene en boeiende planten, zoowel als voor cactussen - die het Leerdamsche cachet dragen - namelijk dat zij doelmatigheid vereenigen met schoonheid van vorm, kleur en uitvoering. Wij maakten deze van ons materiaal 'Graniver' en wel voorlopig in twee kleuren blauw en oranjegeel, in beide gevallen met zwarte schotels. Ons Graniver bezit de eigenschap kleine variaties in tint te vertoonen, hetgeen iets ongemeen levends geeft aan de daaruit vervaardigde voorwerpen, temeer daar dit geheel bij zijn aard past."